U bent hier
Brussel neemt tweetaligheid niet ernstig

Brussel wil het administratief toezicht op de gemeenten versoepelen. “Een slechte zaak voor de tweetaligheid en goed bestuur van de Brusselse gemeenten”, stellen N-VA parlementsleden Liesbet Dhaene en Johan Van den Driessche vast.
“De Brusselse gemeenten werven massaal Nederlandsonkundig gemeentepersoneel aan en wat doet Brussel om dit te verhelpen? Ze versoepelt de controle van het Gewest op de tweetaligheid van het gemeentepersoneel. Daarop komt een nieuwe ordonnantie neer die gisteren in de commissie van het Brussels Hoofdstedelijk parlement werd goedgekeurd. Brusselse gemeenten zullen dus niet meer verplicht zijn om hun personeelsbeslissingen ter goedkeuring voor te leggen aan het Gewest. Dit toont nogmaals aan dat Brussel haar rol als tweetalige hoofdstad niet ernstig neemt en Nederlandstalige inwoners als tweederangsburgers beschouwt. Helemaal schrijnend is de houding van de Vlaams-Brusselse meerderheidspartijen. Het N-VA amendement om de afzwakking van deze controle tegen te houden werd verworpen mét steun van de Vlaams-Brusselse partijen Open Vld en Sp.a”, zegt Liesbet Dhaene.
“Ook in Vlaanderen krijgen de gemeenten meer autonomie, maar in ruil wordt hiervoor een verregaande professionalisering van de gemeentediensten gevraagd alsook een betere toegang voor de inwoners tot informatie over het gevoerde beleid. In Brussel krijgen de gemeenten meer autonomie, maar wordt in ruil geen enkele voorwaarde van behoorlijk bestuur gesteld. Nochtans kan men moeilijk stellen dat de Brusselse gemeenten een voorbeeld van professionaliteit en communicatieve openheid zijn. Het Eurostadion project is daar een typisch voorbeeld van. Brussel is nog niet klaar voor een versoepeling van de voogdijbevoegdheid. Dit kan alleen maar leiden tot chaos”, aldus Johan Van den Driessche
“Dit voorstel van de regering, is nadelig voor de Brusselaar en nog extra voor de Nederlandstalige Brusselaar. Met dergelijke initiatieven staan we alleen maar verder af van een tweetalige en efficiënte hoofdstad”, besluiten beide parlementsleden.